Het patroon staat hier onder, vertaald.
Het groepje ridders is van andere kleuren garen, zet de foto er bij omdat je de schilden goed kan zien.

Hier is een blog-site die heel veel haaksteken uitlegt met filmpjes.
http://www.hookandneedles.com/2008/03/amigurumi-tutorial-1/
Het ‘Decreasing’ lesje heb je nu NIET nodig, maar bekijk de andere filmpjes.

Links naar uitleg in het Nederlands :
http://nicollie.wordpress.com/2009/07/28/magic-ring-haken/

HIER staan een heleboel haak-dingen bij elkaar, klik onder de plaatjes
http://pinterest.com/vifke/uitleg-materiaal/

HIER is de link naar het oorspronkelijke patroon:
http://www.craftster.org/forum/index.php?topic=337126.msg...

Dit ridderpatroon gemaakt door Angry Angel is Amerikaans, dan is de vertaling :
ch = chain = losse(n) = l.
st = stitch = steek = st.
ss = slip stitch = halve vaste = h.v.
sc = single crochet = vaste = v.
FO = fasten off = afhechten = afh.
Round = een toer in-het-rond
Row = een rij, dus een toer heen-en-weer
Aan het eind van elke toer staat “= 6”, of een ander getal. Dat is het totale aantal steken van die toer.

Je haakt steeds in het rond in een spiraal, als je klaar bent met een toer haak je gewoon verder zonder te keren of te sluiten. Tenzij er duidelijk staat dat je heen-en-weer moet gaan (dat is hier in/na Toer 5)

Om te zien waar de eerste steek van een toer is, hang je meteen als je die 1e steek gehaakt hebt een opengebogen paperclip er in. Als je die wéér tegenkomt ben je dus helemaal rond geweest = het einde van die toer, en kan je na-tellen of het totale aantal klopt.
Hang de paperclip weer in de volgende “1e steek” zodra je die gehaakt hebt.

Het patroon gebruikt geen MagicRing aan het begin, maar haakt in de 2e losse 6 vasten, die OOK over de begindraad gehaakt worden. Als je dan aan dat begindraadje trekt verdwijnt het gaatje in het midden ook.
Maar als je de MagicRing leert kun je wel héél veel patroontjes maken !

Alle vasten worden steeds door beide lusjes van de steek er onder gehaakt.
Als je de kabouter wilt maken, moet je bij de baard steeds maar 1 lusje haken, en het andere lusje daarna met kleur voor z’n trui. Het Engelstalige patroon staat onder het ridder- en ninja patroon.
Onder “related Bookmarks” rechts van deze tekst kun je andere ridders, tovenaars draken en aliens bekijken, om ideetjes op te doen.

Als je ridder te wijd wordt voor je kurk, neem dan een dunnere haaknaald óf meerder maar naar 12 steken i.p.v. 15. Bij de helm-opening haak je er dan 8 i.p.v. 10, en maakt 4 lossen i.p.v. 5.
Als je een draak maakt over een champagnekurk, haak je weer méér steken.

RIDDERPATROON :
nodig :
-haaknaald 4 mm
-garen in grijs (helm) en een felle kleur (lijf), geschikt voor 3-4 mm naald. Als je garen dunner is, neem het dan dubbel (deed ik met donkerblauw).
-stukje vilt (schild) en (borduur)garen, beiden in een àndere kleur dan het lijf.
-wijnkurk (4.5 cm hoog)
-zwarte viltstift
-schaar
-dikke borduurnaald om de draadjes af te hechten

Begin met grijs.
Toer 1 : Haak 2 lossen, maak 6 v. in de 2e losse van af de naald, en haak OOK over het begindraadje. Trek dit draadje aan. = 6
OF:
Toer 1 : maak een MagicRing en haak daar 6 v. in, trek de ring dicht. = 6

Toer 2 : haak 2 v. in elke st. = 12
Toer 3 : * haak 2 v. in 1 st., 1v., 1v., 1v.* doe dit totaal 3x = 15
Toer 4 : haak 15 v., 1 in elke st. = 15
Toer 5 : haak 15 v., 1 in elke st. = 15
Je gaat nu heen en weer haken i.p.v. in het rond :
haak 1 losse en keer je werk,
Rij 1 : haak 10 v., 1 in elke st. = 10
haak 1 losse, keer je werk,
Rij 2 : haak 10 v., 1 in elke st., maak 5 lossen.
Toer 6 : om weer in het rond te werken maak je aan de andere hoek vast met 1 v. in de 1e st., haak nog 9 v., en dan 5 v. over de lossen-ketting heen. Haak nog 2 v. met grijs, maar haal de laatste lusjes al dóór met de NIEUWE kleur = het lijf.
Laat de grijze draad hangen, niet afknippen !
Toer 7 : de eerste steek die je helemaal met de kleur haakt is nu de 1e st. van deze toer, waar je de paperclip in hangt. Haak 1 v. in elke st. = 15
Toer 8 : haak 1 v. in elke st. = 15
Toer 9 : haak 1 v. in elke st. = 15
Toer 10 : haak 1 v. in elke st. = 15
Toer 11 : haak 1 v. in elke st. = 15
Je ziet nu 5 toeren kleur. Als je kurk wat kleiner is, kun je 1 toer weg laten.
Pak de grijze draad weer, en knip de kleur-draad door, laat 5 cm hangen. Je gaat nu met grijs haken over de gekleurde steken, én de gekleurde draad, zo hecht je die meteen af. Na 3 of 4 steken mét de draad er bij laat je die hangen. Daar gaan we :
Toer 12 : haak 1 v. in elke st. = 15
Haak nog 1 h.v. (halve vaste) in de volgende (grijze) steek.
F.O. = afh. : knip de grijze draad af, haal door de steek.
Met de borduurnaald steek je de grijze draad binnen in het lijf weg.
Hecht ook de grijze begindraad af door de ridder binnenstebuiten te keren en steken te maken onder z’n helm, en steek de gekleurde draden ook weg. Knip alle draden af. Keer de ridder weer goede kant buiten.
Knip het schild uit vilt, zoek waar je het wilt plaatsen. Ik heb het op het lelijke stukje waar je van kleur wisselde gedaan (en dan heeft hij de rechterhand vrij voor z’n zwaard !)
Maak op dàt plekje waar het schild komt een paar steekjes met borduurnaald en garen van een andere kleur en naai het schild op met 4 steken in een kruis-vorm. Goed vastmaken, en de draad weer afhechten.
Zoek een kurk met een leeg stukje voor het gezicht, en schuif die er in.
Teken oogjes met viltstift, evt. ook wenkbrauwen en een mond.

Maak er nog meer !